5. Aansturen en bijsturen
Leerlingen laten hun gedrag bijsturen door de docent. Zij doen dit als ze weten dat het verstoren van de les hun tijd kan kosten of als zij merken dat docenten hen confronteren met hun eigen gedrag. Pas in laatste instantie helpen schoolleiding en/of ouders hieraan mee.
Aansturen en bijsturen – Inleiding
Ik geef duidelijk mijn grenzen aan. Een leerling die de les verstoort, stuur ik aan en als dat niet het gewenste effect heeft stuur ik deze leerling bij. Dit doe ik op een vriendelijke en ontspannen manier met als gevolg een les zonder verstoringen.
5.1 Aansturen
Ik geef duidelijk mijn grenzen aan. Een leerling die de les verstoort, stuur ik aan met lichaamstaal en Tips. Dit doe ik op een vriendelijke en ontspannen manier. Het gevolg hiervan is dat de les zonder verstoringen verloopt.
5.2 Bijsturen
Ik geef duidelijk mijn grens aan. Een leerling die de les verstoort, stuur ik bij met een Tijdrovende opdracht. De Tijdrovende opdracht die VOH voorstelt om een verstoring op te lossen is effectief als ik deze sporadisch inzet (curatief). Door de preventieve acties van orde te maken hoef ik de Tijdrovende opdracht slechts zelden uit te delen.