3.2 Samenwerken
Op deze pagina
- Aanpak
- Video
- Voorbeelden
- Nieuwsberichten
- Inleiding
- Belang van samenwerken
1.1 Samenwerken
1.2 Niet samenwerken
1.3 Starten met samenwerken - Aspecten samenwerken
2.1 Samenwerken frontaal lesgeven en zelfstandig werken
2.2 Strategie samenwerken
2.3 Bijles
2.4 Sociaal kapitaal - Samen/zelf bepaald
- Maslow
- Leiding nemen
- Groepssamenstelling
5.1 Vooroordelen
5.2 Wisselen van groep
5.3 Samenwerking binnen de groep - Samenvatting
Docenten stimuleren hun leerlingen op verschillende manieren om samen te werken. Bij deze module ligt het accent op het onderwijsdoel Kwalificatie en Socialisatie.
Door mijn leerlingen op verschillende manieren te laten samenwerken, ontwikkelen zij niet alleen hun cognitieve vaardigheden maar ontwikkelen zij zich ook in sociaal opzicht.
In opdracht van UNICEF Nederland heeft het Trimbos-Instituut samen met Stichting Alexander en de Universiteit Utrecht, onderzoek gedaan in welke mate jongeren spanning of stress ervaren en op welke (positieve) manier zij hier zelf mee om gaan. Het onderzoek ‘Geluk onder Druk?’ geeft voor het eerst landelijke cijfers over stress, prestatiedruk en in hoeverre jongeren prestaties vergelijken met die van anderen. Op basis van het onderzoek is het advies te investeren in het ontwikkelen van sociaal-emotionele vaardigheden van jongeren, zowel thuis als op school. Daarnaast pleit UNICEF om samen met jongeren te bekijken hoe de schooldruk kan worden verlaagd, voor een schoolklimaat waarin leerlingen gezien worden, zichzelf kunnen zijn en hulp kunnen vragen en voor meer dialoog.” Uit artikel genaamd ‘Staat het geluk van de Nederlandse kinderen onder druk?’.
Huidige aanpak:
Hoe laat ik mijn leerlingen nu samenwerken?
Toekomstige aanpak:
Hoe laat ik mijn leerlingen in de toekomst samenwerken?
Introductievideo
link naar drie introductievideo’s
Bekijk ter introductie ook onze tekenfilm
Voorbeelden
Praktijkvoorbeeld PO
Op maandagochtend wordt in iedere basisschoolklas het weekend besproken. Dit is een uitgelezen kans om vaste patronen te doorbreken en een groter en sterker netwerk te creëren in de groep. Het ouderwetse kringgesprek heb ik daarom vervangen door de volgende vorm: door blind namenstokjes te trekken vorm ik iedere maandagochtend random tweetallen die drie minuten de tijd krijgen om elkaar te vertellen over hun weekend. Leerlingen die na tien seconden terugkomen omdat ze klaar zijn kun je uitdagen door ze verdiepingsvragen te leren stellen. Als de drie minuten voorbij zijn krijgen vier van de duo’s klassikaal de aandacht en vertellen ze twee leuke dingen die de ander het weekend heeft gedaan. Zo staat deze opdracht niet alleen in het teken van zenden en verbinden, maar ook van luisteren én doorvragen.
- Leerlingfeedback
- Vaardigheden om te kunnen samenwerken – ProjectBasedLearing
Nieuwsberichten over Samenwerken:
Inleiding
‘Samenwerken’ is één van de vier modules van de invalshoek ‘Lesinhoud’ van Vriendelijk Orde Houden (VOH).
Afbeelding 32: lesinhoud (overzicht)
Met deze module geef je leerlingen de kans om samen te werken en daarmee maak je orde. Tijdens het samenwerken ontdekken leerlingen hun eigen en andermans kwaliteiten. Ze ontdekken dat je kunt samenwerken ook als je de ander niet of juist heel aardig vindt.
Als je je leerlingen zelf laat kiezen met wie ze samenwerken, zullen ze uit gewoonte steeds dezelfde groepjes vormen. Er ontstaan meerdere afgezonderde groepen en tussen die groepen kan verwijdering ontstaan. Leerlingen durven en kunnen dan niet meer vrij kiezen met wie ze willen samenwerken. Breng daarom een groepsproces op gang waarbij jij soms van je leerlingen vraagt in een andere samenstelling samen te werken.
Samen de les verbeteren
Feedback van leerlingen over jouw manier van lesgeven en van jouw lesmateriaal gebruik je om je lessen te verbeteren. Lees meer bij beoordeling.
Samenwerking schoolbreed
- Jij en je collega’s werken onderling samen en laten daarmee aan leerlingen zien hoe waardevol samenwerking is.
- Meirieu geeft aan dat projectonderwijs voor leerlingen een geschikte vorm is voor het verkennen van hun vrijheid. Meirieu (2016), Philippe
Onder projectonderwijs valt ook het geven en organiseren van voorstellingen, acties voor goede doelen, presentaties voor ouders, open dagen, en ook oudere leerlingen die meehelpen bij een werkweek etc. Deze activiteiten bevorderen intrinsieke motivatie en zijn bij uitstek geschikt voor het stimuleren van samenwerking én voor het vervullen van verschillende rollen. Daarmee geef je leerlingen de kans om zich aan anderen te presenteren en bied je leerlingen de kans onderdeel te zijn van een groep. - Lukianoff (2018), Greg en Jonathan Haidt. Het is de functie van religieuze rituelen om mensen te brengen naar een hoger collectief niveau, om hen daarmee te binden aan een groep en hen dan terug te laten keren naar hun dagelijkse leven met versterkte loyaliteit naar de groep. Rituelen waar mensen zingen, dansen of eenstemmig zingen zijn hiervoor krachtige middelen.
Bij het laatste citaat de kanttekening van VOH dat niet alleen religieuze rituelen ons tot een hoger plan kunnen leiden. Voorstelling en evenementen zonder religieus karakter brengen ons ook naar een hoger plan.
1 Belang van samenwerken
1.1 Samenwerken
Door samen te werken doen leerlingen ervaring op met jouw vak en delen ze hun expertise met elkaar. Zowel bij zelfstandig werken als bij frontaal lesgeven geef je leerlingen de kans om op verschillende manieren samen te werken. Je creëert een aantrekkelijk leerklimaat waarin je leerlingen de ruimte geeft om elkaar te leren kennen en constructief samen te werken. Hoe beter je leerlingen samenwerken, hoe meer verantwoordelijkheid je hun kunt geven.
1.2 Niet samenwerken
Er is weinig gelegenheid voor samenwerking. De leerlingen werken voornamelijk individueel.
1.3 Starten met samenwerken
Stimuleer samenwerken zowel bij frontaal lesgeven (jij bepaalt soms de groepsindelingen) als bij zelfstandig werken (leerlingen bepalen zelf met wie ze samenwerken). Samenwerking verloopt beter als jij efficiënt reageert op verstoringen van de les en deze oplost. Dan kan iedereen ongestoord werken.
2 Aspecten samenwerken
Zijn er verschillen in samenwerken bij docent gestuurd onderwijs en bij leerling gestuurd onderwijs? Wat is de beste strategie als je gaat samenwerken? Is bijles te zien als een vorm van samenwerken? Levert samenwerking Sociaal kapitaal op?
2.1 Samenwerken bij frontaal lesgeven en zelfstandig werken
Hieronder zie je in twee kolommen de verschillen tussen beide werkvormen wat betref samenwerking.
Samenwerken tijdens docent gestuurd onderwijs
Bij docent gestuurd onderwijs neem jij de leiding. Bij oefeningen die volgen op jouw uitleg, ben je in de gelegenheid om groepsindelingen te maken waarmee je leerlingen steeds met andere leerlingen laat kennismaken. Als je je leerlingen zelf laat kiezen met wie ze samenwerken, kiezen ze gewoontegetrouw steeds voor dezelfde groepjes. Deze vertrouwde samenwerkingsverbanden werken op termijn als een fuik voor de leerlingen. Uit macht der gewoonte blijven ze bij hun eigen groep. Er ontstaan dan meerdere afgezonderde groepen en tussen die groepen kan verwijdering ontstaan. Leerlingen durven en kunnen dan niet meer vrij kiezen met wie ze willen samenwerken. Overweeg daarom om een groepsproces op gang te brengen waarbij jij bij oefeningen die volgen op frontaal lesgeven, steeds van je leerlingen vraagt met anderen samen te werken. Bij vergelijkbare oefeningen zorg je er voor dat iedereen met een medeleerling samenwerkt met wie hij nog niet eerder heeft samengewerkt.
Zo komt elke leerling met verschillende klasgenoten in contact en voelen zij zich bij steeds meer medeleerlingen op hun gemak. Tijdens zelfstandig werken hebben leerlingen dan meer opties bij het kiezen van een medeleerling om mee samen te werken. Het doorbreken van de voorkeurssamenstelling die leerlingen zelf zouden kiezen, draagt bij aan het onderwijsdoel Socialisatie.
In oefeningen definieer jij verschillende rollen waarmee de leerlingen ervaring opdoen met zowel te volgen als te leiden.
Lukianoff (2018), Greg en Jonathan Haidt
Samenwerken tijdens leerling gestuurd onderwijs
Bij leerling gestuurd onderwijs nemen leerlingen zelf het initiatief. Laat ze daarom tijdens zelfstandig werken zelf bepalen met wie ze samenwerken. Zo kan een langdurige samenwerking ontstaan gebaseerd op vertrouwen en verantwoordelijkheid. De vrijheid om zelf iemand te mogen kiezen waarmee je samenwerkt, draagt bij aan het vinden van een eigen koers en aan het nemen van initiatief. Als leerlingen op een verantwoordelijke manier keuzes maken, beschikken ze na verloop van tijd over verschillende vormen van expertise. Tijdens zelfstandig werken geef jij je leerlingen de kans om expertise met elkaar te delen.
Lukianoff (2018), Greg en Jonathan Haidt.
Van het grootste belang bij vrij spel is dat het altijd vrijwillig is; iedereen kan op elk moment stoppen en de activiteit verstoren, dus kinderen moeten goed letten op de behoeften en zorgen van anderen als ze het spel gaande willen houden. Ze moeten conflicten over eerlijkheid zelf oplossen; er kan geen beroep op een volwassene worden gedaan om de kant van het ene kind tegen het andere te kiezen.”Stimuleren samenwerking
- Tijdens het samenwerken verdelen je leerlingen taken en rollen.
- Aan het einde van een rapportperiode, tijdens zelfstandig werken, vraag jij een snelle leerling om een achterblijvende leerling te helpen.
- De app quizlet stimuleert leerlingen om samen de lesstof grondig te bestuderen.
- Je vraagt leerlingen op zoek te gaan naar deskundigen die hen verder helpen.
- Je vraagt leerlingen na afloop van een samenwerking te reflecteren op de manier waarop ze hebben samengewerkt: Wat was mijn rol bij de samenwerking? Hoe kan ik volgende keer nog beter functioneren in de groep?
Geleidelijk verandert jouw rol van docent in die van coach. Een aantal snelle leerlingen assisteren jou bij het bijspijkeren van achterblijvende leerlingen.
2.2 Strategie samenwerken
“voor wat hoort wat” is op termijn de meest succesvolle strategie bij samenwerking:
Haidt (2012), Jonathan
Degenen wiens morele emoties hen verplichten “voor wat hoort wat” te spelen, waren beter uit dan degenen met een andere strategie zoals “help iedereen die dat nodig heeft” (wat uitbuiting in de hand werkt) of “neem maar geef niet” (wat maar één keer lukt per persoon; al snel wil niemand meer een deel van de taart met je delen).”2.3 Bijles
Een leerling die een andere leerling helpt, herhaalt de lesstof voor zichzelf en zal deze nog beter onthouden. Bovendien krijgt de leerling die hulp verleent zicht op de verschillende leerstijlen van degenen die hij of zij helpt. Degene die hulp geeft, profiteert daarom minstens zoveel van de samenwerking als degene die hij of zij helpt. De nu volgende afbeelding illustreert dat het belangrijk is dat een leerling die bijles geeft zowel vertrouwen heeft in eigen kunnen als ook goede bedoelingen heeft.
afbeelding 44: bedoelingen + eigen kunnen
Als je een snelle leerling zoekt om een achterblijvende leerling te helpen, selecteer dan een leerling met vertrouwen in eigen kunnen die al bewezen heeft een bepaalde vaardigheid te beheersen. Dit type leerling is geschikt om anderen te helpen.
Het kader (Vriendelijk en duidelijk) vraagt van iedereen om goede bedoelingen te tonen. Door een kader kan iedereen zich concentreren en komen talenten tot bloei. Zonder kader kunnen talenten zich ook in negatieve zin openbaren (het recht van de sterkste, wie heeft de macht? Wie heeft de grootste mond?). Het wel of niet kunnen samenwerken is afhankelijk van een kader en van het bewaken van het kader (Aansturen en bijsturen).
2.4 Sociaal kapitaal
Een hechte groep die goed samenwerkt beschikt over sociaal kapitaal. De wortels van het begrip sociaal kapitaal liggen in het werk van de 19e-eeuwse socioloog Emile Durkheim. Die stelde onder meer dat het behoren tot een groep en het ervaren van sociale steun, bescherming biedt tegen werkloosheid en zelfmoord. Belangrijk voor de recente herwaardering van het begrip sociaal kapitaal zijn met name geweest de Franse socioloog Pierre Bourdieu en de Amerikaanse politicoloog Robert Putnam. (Bron: Wikipedia)
Een begrip als sociaal kapitaal is nuttig omdat het je dwingt de relaties te zien waarin deze mensen zijn ingebed en de relaties die deze mensen productiever maken.
Als je leerlingen de ruimte geeft om met elkaar kennis te maken en stimuleert om met elkaar samen te werken, vergroot je het sociale kapitaal.
k stel voor dat we deze benadering een stap verder brengen. Om het wonder te begrijpen van morele gemeenschappen die groeien voorbij de grenzen van verwantschap, moeten we niet alleen kijken naar mensen, en niet alleen naar de relaties tussen mensen, maar naar de complete omgeving waarin die relaties zijn ingebed, en die die mensen deugdzamer maakt (hoe zij die term zelf ook definiëren). Er zijn heel wat niet gangbare oplossingen nodig om een morele gemeenschap te ondersteunen“. I(Haidt 2012)
3 Samen/zelfbepaald
De onderstaande afbeelding maakt duidelijk op welke manieren leerlingen eigenaarschap krijgen over hun eigen leerproces. Hoe beter de groep functioneert, hoe je je leerlingen samen aan een zelf bepaalde opdracht kunt laten werken.
Bij de eerste afbeelding geeft de verticale as ‘wel of niet samenwerken’ aan en de horizontale as ‘anders bepaald of zelf bepaald’.
afbeelding 33: betekenisvol onderwijs
De combinatie samen + zelf bepaald, ziet VOH als ‘betekenisvol onderwijs’ en draagt bij aan het domein Persoonsvorming en Socialisatie
In het kwadrant rechtsboven bepaalt een leerling een deel van het onderwijsproces (zelf bepaald). Door samen te werken, versterken en verruimen leerlingen hun eigen expertise. Onderwijs is betekenisvol als leerlingen zelf bepalen wat ze leren én als ze samen het vak ontdekken (samen).
Het kwadrant rechtsonder – zelf bepaald en los van elkaar – is geschikt om leerlingen geheel zelfstandig een eigen koers te laten varen. Een aantal leerlingen zullen hier tijdens zelfstandig werken voor kiezen. Een leerling kiest om verschillende redenen voor alleen werken. Een reden kan zijn dat de leerling niet graag samenwerkt of dat de leerling een ongebruikelijk onderwerp wil kiezen.
Het kwadrant linksboven bepaalt de docent wat er gebeurt (Anders bepaald). Dit kwadrant is uitstekend geschikt om nieuwe onderwerpen te behandelen en leerlingen gezamenlijk iets te leren. Ook ben je dan in de gelegenheid om in korte oefeningen de groepssamenstelling te beïnvloeden. Daardoor leert iedereen elkaar kennen wat weer kansen biedt bij het kiezen voor samenwerken bij zelfstandig werken (Samen).
Bij het kwadrant linksonder heeft een leerling geen invloed op de lesstof (anders bepaald) en is iedere leerling verantwoordelijk voor het eigen cijfer (los van elkaar). Dit is bijvoorbeeld het geval als je een toets afneemt, of als je elementaire instructie geeft. Als dit de enige manier van werken is, hebben je leerlingen weinig ruimte om zelf beslissingen te nemen wat kan leiden tot ordeverstoringen. Zij voelen zich dan als persoon niet gezien. De kans is klein dat jouw lesstof aansluit bij hun eigen interesse en voorkennis. Met strengheid, discipline en gezag kun je ergernis hierover de kop indrukken en daarmee (onbewust) versterken. Je komt dan niet tegemoet aan de gerechtvaardigde wens van je leerlingen om ook zelf invloed te mogen uitoefenen.
Durkheim beschreef mensen als “homo duplex” of “twee niveaus mens”.
Wij zijn erg goed in het individueel najagen van onze dagelijkse doelen (Drukheim noemt dit het niveau van het ‘profane’). Maar wij hebben ook de capaciteit om ons om te vormen, tijdelijk, tot een hoger collectief plan, dat Durkheim beschrijft als het niveau van het ‘heilige’.
- individueel najagen van dagelijkse doelen (kwadrant rechts onder)
- omvormen tot hoger plan (kwadrant rechts boven)
In alle gevallen is het belangrijk dat iedereen zich houdt aan het kader. Zo niet stuur je aan of stuur je bij Hier mee los je een verstoring efficiënt op.
4 Maslow
De piramide van Maslow gaat ervan uit dat zelfrealisatie de hoogste stap is van een ontwikkeling. VOH pleit ervoor om vooral tijdens zelfstandig werken direct te beginnen met (aspecten van) zelfrealisatie:
- Observeren: Let op signalen van leerlingen die duiden op lichamelijke behoeften en laat blijken dat je hun behoeften ziet (Maslow-lichamelijke behoeften)
- Gebruik werkvormen die ervoor bedoeld zijn om leerlingen zowel op het persoonlijk vak als op jouw vakgebied met elkaar te laten kennismaken. Zo voldoe je aan de behoefte van je leerlingen om sociaal contact, erkenning en waardering te krijgen voor hun al aanwezige vaardigheden én voor nieuwverworven vaardigheden (Kennismaken/Maslow-behoefte aan sociaal contact).
- Stel je leerlingen in staat om verworven vaardigheden eerst individueel te meten via apps. (Maslow-erkenning en waardering – Beoordeling)
- Nodig leerlingen uit de leiding te nemen (maar verplicht ze niet). Bedenk opdrachten waarbij het sociale aspect voorop staat en waar als bij toeval vakmatige vaardigheden ontstaan. Laat leerlingen van rol wisselen.
Stimuleer uitwisseling van kennis tussen leerlingen onderling. Bied leerlingen de kans om kennis aan elkaar over te dragen.
5 De leiding nemen
Wanneer je lesgeeft, lijkt het vanzelfsprekend dat jij de leiding hebt. Een groep leiden is echter een kunst die je leerlingen ook onder de knie kunnen krijgen. Een goed moment hiervoor is nadat je iets hebt uitgelegd aan de hele klas. Geef dan een korte opdracht met daarbij de instructie om van rol te wisselen. Bij complexere opdrachten vraagt je je leerlingen om verschillende verantwoordelijkheden (rollen) binnen hun team te bepalen. Het wisselen van leiderschap maakt leerlingen flexibeler. Ze kunnen nu de leiding nemen en ook meewerken als een andere leerling de leiding heeft. In dit proces ben jij de coach.
Citaat over de waarde van rolwisseling:
Kohlberg’s meest invloedrijke uitkomst was dat de meest moreel handelende kinderen (volgens zijn manier van scoren) diegenen waren die regelmatig de gelegenheid hadden gekregen voor rolwisseling – waarbij ze een probleem vanuit het perspectief een ander konden bekijken”. Haidt (2012)
6 Groepssamenstelling
Afbeelding 46: ME
Afbeelding 47: THEY
Afbeelding 48: WE
Kennismaken – Afbeeldingen Els ter Horst
Door de samenstelling van groepen te beïnvloeden, doen leerlingen ervaringen de volgende ervaringen op:
Ik | Zij | Wij |
Rolwisseling: Soms heb ik de leiding, andere keren volg ik. |
We werken in groepen van wisselende samenstelling en zijn verbonden met elkaar. | Ik ben verbonden met mijn netwerk. |
Ik leg iets uit of leid een activiteit. | Door regelmatig te wisselen van groep leren wij iedereen kennen en voorkomen wij dat we uit macht der gewoonte steeds bij dezelfde groep blijven. | Wij geven een gezamenlijke presentatie waarbij iedereen zijn eigen verantwoordelijkheid neemt. |
6.1 Vooroordelen
Een sterke band binnen een groep kan gepaard gaan met negatieve gevoelens over degenen die niet bij de groep horen. Als docent is het mogelijk om deze gevoelens te verminderen of zelfs te laten verdwijnen. Dit blijkt uit het boek Blueprint van Nicolas A. Christakis. Dit boek gaat in op de relaties die mensen in het algemeen hebben. Christakis onderzoekt of wij genetisch bepaald zijn tot het maken van groepen. Het blijkt dat de mens op alle leeftijden al snel vooroordelen heeft ten aanzien van de eigen groep en vooroordelen over groepen daarbuiten. Het hebben van een gezamenlijke vijand versterkt de band binnen de eigen groep. Christakis onderzoekt dit mechanisme en stelt het ter discussie.
6.2 Wisselen van groep
Eerder gaven we het belang aan van het kunnen wisselen tussen groepen. Door leerlingen te laten samenwerken met degenen met wie ze normaal gesproken niet zouden samenwerken, voorkom je vooroordelen van subgroepen ten aanzien van andere subgroepen. Bij de afbeelding ‘They’ hierboven zijn de groepen wit en zwart. Hoe vaker individuele groepsleden van groep wisselen, hoe minder eenduidig de kleur van de groep. Een app die at random een nieuwe groepsindeling maakt, kan hierbij van pas komen. Ook valt te overwegen om samenwerking met iemand met wie je nog nooit hebt samengewerkt te belonen.
6.3 Samenwerking binnen de groep
Een reden (noodzaak) voor samenwerking kan zijn het hebben van een gezamenlijke tegenstander. Een vergelijkbaar mechanisme treedt op als een groep een gezamenlijk doel nastreeft waarmee de groep zich wil onderscheiden. Docent Natuurkunde, Stephan Dinkgreve, maakte op het Pieter Nieuwland College op een positieve manier gebruik van de samenwerking binnen de groep. Hij vroeg de leerlingen naar het landelijk gemiddelde van het Natuurkunde eindexamen. Dat wisten de leerlingen wel, 6.3. Weten jullie ook het gemiddelde van het Pieter Nieuwland College? Nee, dat wisten ze niet, dat was 6.7. Daarop vroeg de docent de leerlingen: “Wat dachten jullie ervan als wij voor jullie examen gaan voor de 7.0? Daar stemden de leerlingen mee in en zij behaalden dit resultaat daadwerkelijk bij hun eindexamen (afbeelding ‘We’).
7 Samenvatting
Samenwerking is een belangrijk onderdeel van een leeromgeving. Leerlingen ondersteunen elkaar en sturen elkaar aan. Door samen te werken, stemmen leerlingen hun activiteiten inhoudelijk en sociaal op elkaar af. Er ontstaat een hechte groep met ‘sociaal kapitaal’. Met de module ‘Samenwerken’ van VOH besteed je aandacht aan zelfrealisatie zoals gedefinieerd door Maslov. Door samenwerking te stimuleren, maak je leerlingen verantwoordelijk en ontwikkelen ze vaardigheden waarvan ze hun verdere leven van profiteren.
Wie weet heb je nu de middelen in handen om van jouw klas een hechte, sociale, ambitieuze en getalenteerde groep!