6.3.1 Gebaren

Met gebaren maken docenten orde. Gebaren kosten hun weinig energie en halen de ruis uit de les.

Nieuwsberichten

1 Aanwijzingen met lichaamstaal (invalshoek ‘Vriendelijk’)

Docenten gebruiken onhoorbare aanwijzingen, gebaren, waardoor alle aandacht naar de les gaat.


Afbeelding 23: voorbeeldfunctie (overzicht)

  1. Aanwijzingen met lichaamstaal
    1.1 Graag aandacht allemaal (Vuurtoren)
    1.2 Start
    1.3 Starten
    1.4 Zachter
    1.5 Wisselen van werkvorm (in combinatie met hardop iets zeggen)
    1.6 Compliment (duim omhoog)
    1.7Link een tweede site van Rapucation genaamd ‘Conductorsband‘. De meeste gebaren zijn geschikt voor een muzikale context. Een aantal van die gebaren zijn ook voor alle types lessen te gebruiken. Hierbij valt te denken aan meerkeuze vragen.

1.1 Aandacht vragen aan de hele groep – Vuurtorengebaar

Met het gebaar de Vuurtoren ( of een ander gebaar waarmee je vraagt om stilte vraagt) vraag je de hele groep om aandacht (Dit gebaar hoort bij Aanwijzingen met lichaamstaal). Als je de aandacht hebt van de groep, begin je met je met een klassengesprek of begin je met je uitleg. Als een leerling niet op dit gebaar reageert en geen aandacht heeft voor de les vraag je hem of haar te stoppen met praten met serie 1 of ergens mee te stoppen met serie 2. 

Deze laatstgenoemde twee series gebaren horen bij (Aansturen met lichaamstaal)

Vuurtoren

Met dit gebaar genaamd Vuurtoren vraag je de hele klas om aandacht. Merk op dat degene die in de video om aandacht vraagt vriendelijk kijkt. Dit heeft een positieve invloed op de sfeer van de rest van de les.

Lees meer over de herkomst van dit gebaar bij: Hoe vraag je met minimale inspanning om aandacht

Tijdens het maken van dit gebaar draai je met je bovenlichaam en kijk je iedereen één voor één aan. Laat je blik langs de groep glijden, net als het licht van een vuurtoren dat langs de horizon glijdt. Voorkom daarbij dat je je fixeert op één leerling (jouw draaien met je bovenlichaam stopt niet en je ogen blijven ook niet plakken bij één leerling).  Neem daar afhankelijk van de situatie drie tot zes seconden de tijd voor: drie seconden bij een rustige groep en zes seconden bij een drukke groep. Iedereen heeft dan gezien dat je dit gebaar hebt gemaakt en wie het niet heeft gezien hoort dat anderen stil zijn.

Als het na dit gebaar helemaal stil is, neem jij het woord.

Is er nog één leerling die geen aandacht heeft voor de les, dan maak je een serie van drie gebaren: attentie-stilattentie-stop

  1. Reageert een leerling goed op de eerste twee gebaren, dan bedank je de leerling
  2. Reageert een leerling niet goed op deze serie gebaren, dan geef je een tip die je noteert in je Tipboek,

Een alternatief voor het vuurtorengebaar: Houd je rechtopstaande wijsvinger bij je lip. Met je andere arm maak je met gestrekte arm het selecteer-gebaar van links naar rechts totdat je iedereen hebt aangekeken. Kijk bij dit alternatief ook vriendelijk.

Start en Starten

De betekenis van het Start gebaar is afhankelijk van de context. Het start gebaar kan betekenen: Jij mag antwoord geven / Jij mag het zeggen  / Jij mag beginnen / Wil je gaan zitten?

Starten kan ook betekenen: Jullie kunnen aan het werk gaan / Jullie kunnen gaan zitten

Alle leerlingen bij de les

Je voorkomt onrust door voordat je een vraag stelt mee te delen dat je geen vingers wilt zien. Jij geeft aan dat jij straks bepaalt wie het antwoord gaat geven. Hiermee voorkom je dat slechts een paar leerlingen actief meedoen en dat aandacht van de overige leerlingen afdwaalt. Bovendien geeft het jou de kans om ook stille leerlingen bij de les te betrekken.

1.2 Start

Het ‘start’ gebaar maak je door je open hand (handpalm naar boven) naar voren te bewegen en daarmee vervang je de opmerking “ga je gang”. Met dit gebaar kun je iemand met iets laten starten, je kunt het bijvoorbeeld gebruiken als je iemand de beurt geeft, om iemand uit te nodigen om te reageren of om iets te laten demonstreren.

1.3 Starten

Met dit gebaar nodig je iedereen uit om te starten met een daarvoor besproken activiteit.

1.4 Zachter

Houd je armen enigszins gestrekt en houd je handen met de handpalmen naar beneden ter hoogte van je hoofd en beweeg ze langzaam naar beneden. Hiermee vraag je leerlingen zachter te praten. Dit gebaar is afkomstig uit de praktijk van de orkestdirectie.

Tip

Vermijd tegelijkertijd het overbekende stttt geluid erbij te maken.

1.5 Wisselen van werkvorm

Een voorbeeld van wisselen van werkvorm: Iedereen is bezig met zelfstandig werken, groepjes leerlingen zijn met elkaar aan het overleggen. Als jij het dan nodig vindt van werkvorm te wisselen, laat je dat zien én horen met het gebaar ‘wisselen van werkvorm’. Iedereen weet dan direct dat jij zelfstandig werken onderbreekt en verder gaat met een andere werkvorm.

Je maakt een gebaar en tegelijkertijd kondig je op luide toon het wisselen van werkvorm aan. De reden waarom je nu wel je stem wel gebruikt is dat een groot deel van de leerlingen op het moment dat je het gebaar maakt, geconcentreerd zelfstandig werkt en met elkaar samenwerkt. Ze letten als ze zelfstandig werken niet op jou. Om de aandacht van de leerlingen te trekken maak je een gebaar én gebruik je je stem.

Hieronder twee video’s. In de eerste zie je alleen het gebaar van de wisseling, in het tweede zie je hoe dat eruit zien als je het in de praktijk toepast.

Wisselen van zelfstandig werken naar frontaal lesgeven

Bij het gebaar attentie hele groep gebruik je wel je stem om de volgende reden. Als de leerlingen druk bezig zijn tijdens het zelfstandig werken, letten ze niet voortdurend op jou. Als je tijdens het zelfstandig werken iets duidelijk wilt maken, kun je dit het beste doen door tegelijkertijd (langzaam) een groot gebaar te maken én je stem te gebruiken. Zo is het volstrekt duidelijk dan jij er een mededeling volgt voor iedereen.

Wisselen van zelfstandig werken naar frontaal lesgeven in de praktijk

bij 1 minuut en 55 seconden zie je bij deze video een docent het bovenstaande gebaar in de praktijk gebruiken. Met dat gebaar + de aankondiging “graag opruimen en in de kring gaan zitten” weet iedereen wat de bedoeling is.

1.6 Compliment

Het duim omhoog gebaar is een zeer effectief middel om aan te geven dat je leerlingen goed aan het werk zijn. Tevens is het een geheugensteun voor de vijf invalshoeken van Vriendelijk Orde Houden.

Afbeelding 80: VOH vijf invalshoeken

2 Aansturen met lichaamstaal (Invalshoek ‘Aansturen en Bijsturen’)

Bij het aanspreken van een leerling op gedrag of inzet gebruiken docenten series van drie gebaren. Door deze gebaren gaat alle aandacht naar de les.

afbeelding 8: aansturen met lichaamstaal (overzicht)

Nu volgen drie series gebaren waarmee je een leerling aanspreekt op gedrag of inzet. Het eerste gebaar ‘Attentie’ en laatste gebaar (bedankt) zijn bij deze drie series identiek:

Attentie

Dit gebaar gebruik je om de aandacht van één leerling te vragen. Je wijst naar een leerling en je houdt daarbij de wijsvinger omhoog gericht (Bepaalde culturen wijzen direct aanwijzen af). Het direct aanwijzen van een leerling kan bedreigend overkomen. Op deze wijze de aandacht vragen van een leerling, met de vinger omhoog, is vaak al voldoende om een leerling te laten stoppen met wat niet de bedoeling is.

Bedankt

Het ‘duim omhoog’ gebaar gebruik je als een leerling goed reageert op jouw eerdere gebaar. Met dit gebaar bedoel je zowel:

  • je hebt gedaan wat ik vroeg,
  • bedankt,
  • als: nu is deze communicatiecyclus afgesloten.

2.1 Eerste serie van drie gebaren – Stop met praten – stil

Met dit gebaar vraag je één leerling te stoppen met praten.

Afbeelding 89: attentie stil bedankt

Met deze serie gebaren vraag je een leerling te stoppen met praten.

Als de leerling niet stopt met praten, laat je het compliment achterwege en is het tijd om een tip te geven en die te noteren. b.v. “Graag opletten” of “Graag aan het werk”.

2.2 Tweede serie van drie gebaren – Stop

Bij deze serie gebruik je als een leerling iets aan het doen is, dat kan zijn bewegen, een medeleerling aanstoten of geluid maken. Je gebruikt het ook als een leerling ruwe taal gebruikt of voor andere verstoringen van de les. Kijk tijdens het maken van deze drie gebaren vriendelijk, je leerlingen zijn dan eerder geneigd te doen wat je vraagt.

Attentie (zie boven)

Stop

Met dit gebaar vraag je een leerling ergens mee te stoppen. Het stopgebaar is afkomstig van dirigenten die het gebruiken om muzikanten te laten stoppen en wordt doorgaans direct begrepen.

Bedankt (zie boven)

Het ‘duim omhoog’ gebaar gebruik je als een leerling goed reageert op jouw eerdere gebaar. Met dit gebaar bedoel je zowel:

  • je hebt gedaan wat ik vroeg,
  • bedankt,
  • als: nu is deze communicatiecyclus afgesloten.

Afbeelding 90: attentie stop bedankt

Met deze serie gebaren vraag je een leerling ergens mee te stoppen.

Variatie op attentiegebaar: Beweeg je wijsvinger langzaam van links naar rechts heen en weer. Daarmee vraag je een leerling ergens mee te stoppen. Reageert een leerling niet dan kun je ook langzaam nee knikken.

2.3 Derde serie van drie gebaren – Start

Met deze serie van drie gebaren vraag je tijdens zelfstandig werken een leerling aan het werk te gaan of vraag je een leerling tijdens frontaal lesgeven om mee te doen met een oefening. Maak je deze gebaren vriendelijk, dan zijn leerlingen eerder geneigd te doen wat je vraagt.

Attentie (zie boven)

Start

Met dit gebaar vraag je een leerling aan het werk te gaan. Je maakt het start gebaar in de richting van een boek, schrift of laptop van de leerling terwijl jij daar zelf ook naar kijkt.

Duim omhoog (zie boven)

Met deze serie van drie gebaren vraag je een leerling mee te doen met een oefening tijdens frontaal lesgeven. Ook gebruik je deze serie gebaren tijdens zelfstandig werken om een leerling de aanwijzing te geven aan het werk te gaan.

Afbeelding 91: attentie start bedankt

3 Credits

Maarten ’t Hart
De vader van Johan ’t Hart, Maarten ’t Hart, was verkeersingenieur (bekijk de video die Johan maakte over zijn ouders maakte – de schrijver Maarten ’t Hart is geen familie). Maarten zat in de 2e wereldoorlog ondergedoken. In die tijd droeg hij een speldje met een afbeelding van een  gebroken geweer. Dit pacifistische symbool is onderdeel van het vuurtorengebaar. Lees meer over de herkomst van dit gebaar bij : Hoe vraag je met minimale inspanning om aandacht


Afbeelding 74: gebroken geweer