Analogie: staat en onderwijs
Steven Pinker beschrijft in “The better angels of our nature – a history of violence and humanity” Pinker (2011), een neerwaartse trend wat betreft moord en doodslag. Het aantal dodelijk slachtoffers per jaar per 100.000 inwoners is in West-Europa vanaf het jaar 1200 tot nu gedaald van 80 naar 1. Wereldwijd zijn dalende trends waarneembaar. Deze daling heeft volgens Pinker te maken met de opkomst van de staat. Hobbes leverde de theorie hiervoor met “Leviathan”.
De staat bepaalt via het parlement wetten. De politie ziet toe op het naleven van de wet. De rechterlijke macht beoordeelt overtredingen van de wet. Ernstige overtredingen leiden tot gevangenisstraf. Hierdoor vechten burgers conflicten niet langer zelf uit. In plaats daarvan spreekt de staat onpartijdig recht en neemt de neiging om voor eigen rechter te spelen af en daarmee ook het aantal geweldsmisdrijven. Als burgers het recht in eigen hand nemen, zijn zij geen helden, maar criminelen die worden gestraft door de almachtige staat. Sinds de negentiende eeuw spelen de beschavingsnormen van het rationalisme een centrale rol. Beschavingsnormen die overigens volgens sociologen direct samenhangen met de opkomst van de staatsmacht. Geweld, eigenrichting, eerwraak, oog om oog tand om tand, dat hoort bij een onbeschaafde samenleving. Zelfbeheersing wordt de norm.
In mijn familie werd er twee generaties terug geslagen bij de opvoeding. Tegenwoordig kan dat niet meer. Over dit onderwerp schreef ik eerder het blog: Wat is beter, vriendelijk of streng.
Ik zie een analogie met het onderwijs. Ook daar is de invloed van het rationalisme zichtbaar. Nog niet zo heel lang geleden was het gebruikelijk in het onderwijs om op de hand te slaan met een rietje. Nu zou dit een aanleiding zijn voor ouders om aangifte te doen bij de politie. In het onderwijs is geweld steeds meer taboe is. Toch blijft het noodzakelijk dat een docent een conflict kan oplossen. Is een docent zonder geweld machteloos? Bestaat er een vreedzame manier om gedrag bij te sturen?
Vriendelijk orde houden adviseert docenten een vriendelijke houding te tonen en bij iedere verstoring een vast patroon van handelingen te gebruiken waarmee zij conflicten oplossen. Door een vast patroon te gebruiken, voorkomt een docent onderdeel te zijn van een conflict en dwingt een docent respect af door zelfbeheersing en een onafhankelijke opstelling. Als een docent wel emotioneel betrokken raakt bij verstoringen leidt dat tot verlies van autoriteit en bestaat de kans dat de docent terecht komt in de rol van agressor of slachtoffer. De docent staat dan niet langer boven de partijen. Boosheid tonen bij een verstoring van je les is een primaire reactie. Als een docent na een emotionele uitbarsting een leerling doorverwijst naar de schoolleiding zitten daar haken en ogen aan. Is de schoolleiding wel onafhankelijk? Ontstaan er niet nog meer conflicten bij de schoolleiding: Kiest de schoolleiding altijd partij voor een docent, ook als die zich te agressief opstelt of kiest de schoolleiding juist partij voor de leerling? Is de schoolleiding zelf agressief? Met het toepassen van aanpak van Vriendelijk orde houden voorkomt de docent primaire reacties én werkt de docent constructief samen met de schoolleiding.
In plaats van boos te worden, stuurt de docent aan en indien nodig bij. Aansturen en bijsturen gaat bij Vriendelijk orde houden in maximaal vier stappen. Meestal is maar één stap nodig. In het eerder genoemde rationele mensbeeld past dat de docent de leerling niet ziet als een jonge wilde die getemd moet worden, maar als een rationeel wezen die zijn belangen afweegt. Door zo te handelen, vermindert de docent het aantal verstoringen van de les en ontstaat een effectieve les.
Ik raad elke docent om leerlingen op een volwassen manier te benaderen. Zo behoudt iedereen zijn waardigheid en kan iedereen vriendelijk blijven. Stuur bij als leerlingen elkaar beledigen en voorkom op die manier conflicten. Een les zonder ruis ontstaat als je consequent en efficiënt verstoringen oplost. Je beschermt de goedwillende leerlingen door diegenen die de les verstoren te confronteren met een Tijdrovende opdracht en je laat eindeloos waarschuwen zonder consequenties weg. Je voorkomt impulsief te ingrijpen bij incidenten en je valt steeds terug op de op de achtergrond aanwezige duidelijke structuur. Dan is er ruimte om jouw interesse voor het vak met je leerlingen te delen.
In het onderwijs hebben leerlingen baat bij een rustige leraar die bij verstoringen vraagt om reflectie. In onze samenleving hebben burgers baat bij een luisterende overheid. Het alleen maar afschilderen van geweldplegers als criminelen lost de problemen niet op. Wij moeten met elkaar in gesprek en naar onszelf leren kijken.